De Amerikaanse beurzen hebben een turbulente week achter de rug, waarbij de technologiezware Nasdaq de grootste verliezen noteerde. De index verloor over de week 3 procent, de slechtste prestatie van het jaar tot nu toe. De S&P 500 daalde met 1,6 procent, terwijl de Dow Jones 1,2 procent inleverde.

Aanvankelijk leek de week positief te starten na een aangekondigde clouddeal van Amazon ter waarde van 38 miljard dollar, waardoor het aandeel Amazon de week toch met winst kon afsluiten. Het optimisme verdween echter snel na tegenvallende kwartaalcijfers van Palantir Technologies.

Vooral techbedrijven die eerder profiteerden van de kunstmatige intelligentie (AI)-hype, zoals Nvidia, Palantir en Oracle, leden zware verliezen. Palantir zakte deze week 11 procent, Nvidia verloor 7 procent en Oracle daalde met 9 procent. Ook Meta en Microsoft kenden verliezen van rond de 4 procent.

Beleggers maken zich zorgen over de rendabiliteit van de enorme investeringen in AI. Grote techbedrijven steken dit jaar naar schatting 400 miljard dollar in AI-ontwikkelingen, en plannen volgend jaar nog meer uitgaven. De vrees bestaat dat de markt momenteel te ver vooruitloopt op de feitelijke ontwikkelingen in kunstmatige intelligentie.

De economische vooruitzichten worden verder gedrukt door een dalend consumentenvertrouwen en een groeiend aantal aangekondigde ontslagen bij bedrijven. Bovendien ligt de publicatie van economische data al meer dan een maand stil vanwege de aanhoudende shutdown van de Amerikaanse overheid.