Nederlandse pensioenfondsen overwegen hun investeringen te heroverwegen, met een mogelijke verschuiving van de Verenigde Staten naar Europa. Deze overwogen stap wordt deels ingegeven door toenemende onzekerheid binnen de VS, waaronder de impact van importheffingen en zorgen over de fragiele overheidsfinanciën.

Eind 2024 hadden Nederlandse pensioenfondsen een aanzienlijk deel van hun vermogen, namelijk 293 miljard euro, belegd in Amerikaanse ondernemingen. De beleggingen in Europese bedrijven bedroegen 97 miljard euro. De eerdere, grotere omvang van de Amerikaanse beleggingen was deels te verklaren door de economische groei van de VS in de voorbije twintig jaar, wat resulteerde in waardestijgingen van bedrijven en een grotere kapitaalmarkt.

Ondanks de mogelijke verschuiving blijven Amerikaanse technologiebedrijven echter aantrekkelijk. Hun potentieel voor hoge rendementen zorgt ervoor dat Nederlandse pensioenfondsen Amerikaanse aandelen niet zonder meer van de hand doen.

Pensioenfondsen onderkennen tevens de noodzaak van een sterker en concurrerender Europa. Zij zoeken dan ook actief naar investeringsmogelijkheden op het Europese continent, met een specifieke focus op sectoren met een grote kapitaalbehoefte. Denk hierbij aan energie, infrastructuur en woningbouw. Investeringen in Europa vinden hierbij voornamelijk plaats via private markten, in plaats van via de publieke aandelenmarkten.

De mate waarin Amerikaanse belangen binnen de portefeuilles van pensioenfondsen worden afgebouwd, verschilt per fonds.

Tegenwoordig wordt ook defensie gezien als een mogelijke groeisector voor pensioeninvesteringen. De acceptatie hiervan onder deelnemers is toegenomen. Pensioenfondsen, als institutionele beleggers, hebben de mogelijkheid om door middel van hun investeringen bepaalde sectoren een impuls te geven.