Het Oekraïense parlement stemde vorige week over een wetsvoorstel dat de Nationale Anti-Corruptie Bureau (NABU) en de Speciale Anti-Corruptie Procuratuur (SAPO), beide opgericht in 2015 met steun van de Europese Unie, ondergeschikt maakt aan het Openbaar Ministerie. De hoofdofficier van het Openbaar Ministerie wordt benoemd door de president, wat zorgen baart over de onafhankelijkheid van deze belangrijke anti-corruptieorganisaties.

Deze stemming leidde tot de eerste grote protesten in Oekraïne sinds het begin van de oorlog met Rusland. In verschillende steden, waaronder Kyiv, Lviv, Odesa, Dnipro en Zaporizja, gingen demonstranten de straat op om hun bezorgdheid over de rechtsstaat en de aanhoudende corruptie te uiten. De protesten in Kyiv telden ongeveer duizend deelnemers.

De Europese Commissie en verschillende Europese regeringen, waaronder voorzitter Ursula von der Leyen, uitten scherpe kritiek op de wetgeving. Zij benadrukten het cruciale belang van onafhankelijke anti-corruptie-instanties voor de rechtsstaat in Oekraïne en vroegen president Zelensky om de onafhankelijkheid van de NABU en SAPO te waarborgen.

President Zelensky reageerde op de kritiek door aan te kondigen een nieuwe wet voor te stellen die de onafhankelijkheid van de anti-corruptie-organisaties herstelt. Deze nieuwe wet wordt vandaag, 31 juli 2025, ter stemming gebracht in het Oekraïense parlement. De bestrijding van corruptie is een essentiële voorwaarde voor Oekraïne's toetreding tot de Europese Unie.