1. Op 28 september 1999 verklaarde Michaël de Jong een mes te hebben gekocht in Arnhem op 25 september 1999. De politie onderzocht deze verklaring niet verder.

2. Op 12 oktober 1999 werd Michaël de Jong urenlang verhoord door de politie in verband met de moord op de weduwe in de Deventer Moordzaak. De verhoorders gaven aan twijfels te hebben over zijn alibi.

3. Begin oktober 1999 verklaarde een ex-vriendin van De Jong dat hij altijd een mes met een scherpe punt bij zich droeg.

4. Rond 25 oktober 1999 werd het onderzoek naar De Jong abrupt gestaakt.

5. In november 1999 kwamen telefoongegevens van De Jong naar voren die aantoonden dat zijn vriendin onjuiste informatie had gegeven over zijn alibi op de avond van de moord. Er waren belangrijke, nog niet onderzochte onderzoekslijnen betreffende het alibi van De Jong en de aankoop van een mes.

6. In 2001 bleek uit onderzoek door particulieren dat de betreffende messenwinkel op 25 september 1999 geen mes met magneetstrip had verkocht, maar wel een mes met 10% korting aan iemand die een Global mes kocht. Op de blouse van het slachtoffer was een bloedspoor van een mes met een kromme punt te zien. Een Global mes wordt genoemd als meest waarschijnlijk moordwapen.

7. In juli 2006 verklaarden De Jong en zijn vriendin dat De Jong inderdaad een mes had gekocht. Een cold case team bevestigde in een later stadium bevindingen uit 2006 over de moord zelf.

8. In 2007 gaf een teamleider aan met vakantie te zijn geweest tijdens de periode van het staken van het onderzoek, wat in tegenspraak is met het Tactisch Journaal.

9. Begin 2019 verzocht Fred Teeven om onderzoek te doen naar het staken van het onderzoek naar De Jong. Teeven rapporteerde dat De Jong informant was geweest van de politie en dat informatie over hem was verwijderd of aangepast.

10. Na Teevens bevindingen formeerde Procureur-Generaal Aben een cold case team. Het cold case team bevestigde dat de bewijzen tegen Louwes minder stevig waren dan gedacht.

11. Er werd een herzieningsverzoek ingediend, maar afgewezen.

12. In juni 2024 diende de auteur een klacht in bij het OM over het staken van het onderzoek naar De Jong, zonder antwoord te ontvangen. De auteur stuurde brieven naar verschillende justitiële instanties zonder resultaat. In juni 2024 gaf de auteur interviews over de zaak.

13. In januari 2025 werd de auteur verhoord door de politie wegens een aangifte van smaad en laster door De Jong. De auteur moet op 23 september 2025 voor de rechter verschijnen wegens smaad en laster.