Op 27 juli 2025 bereikten de Europese Unie en de Verenigde Staten een verregaande overeenkomst die voor aanzienlijke controverse zorgt. De EU stemde in met een tarief van 15% op haar export naar de VS, in ruil voor het opheffen van Amerikaanse invoerrechten op Europese importen. Deze deal omvat echter ook substantiële economische en militaire verplichtingen voor de EU.

De overeenkomst schrijft een EU-investering van $600 miljard in de Amerikaanse economie voor. Daarnaast verbindt de EU zich tot de aankoop van $750 miljard aan vloeibaar aardgas (LNG) uit de VS, verspreid over drie jaar, wat neerkomt op een jaarlijkse aankoop van $250 miljard.

De EU zal bovendien een aanzienlijke hoeveelheid Amerikaans militair materieel aanschaffen. Hoewel het exacte bedrag niet is gespecificeerd, wordt gesproken over "honderden miljarden dollars" aan militaire uitgaven.

De Franse premier heeft de overeenkomst scherp bekritiseerd, verwijzend naar een "zwarte dag" voor een alliantie van vrije volkeren. Spanje heeft intussen aangegeven niet meer dan 2% van het bruto binnenlands product (BBP) aan defensie-uitgaven te willen besteden, in tegenstelling tot de 5% die de Nederlandse premier Rutte aan president Trump zou hebben toegezegd.

De vraag naar de bevoegdheid van voorzitter Ursula von der Leyen om namens de EU dergelijke verregaande toezeggingen te doen, is nog steeds onbeantwoord. Opvallend is een advertentie uit 1987 van het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken die de EU presenteerde als een tegengewicht tegen de Verenigde Staten.