1. VVD-Kamerlid Ingrid Michon-Derkzen heeft een wetsvoorstel ingediend, de ‘Wet online aangejaagde openbare-ordeverstoring’, dat burgemeesters de bevoegdheid geeft om opruiende berichten op sociale media te laten verwijderen. Bij niet-naleving kan een dwangsom worden opgelegd. Het wetsvoorstel wijzigt de Gemeentewet door de verantwoordelijkheid voor handhaving van de openbare orde uit te breiden naar het digitale domein.

2. Jurist Jeroen Pols bekritiseert het wetsvoorstel, noemt het "waanzin" en vergelijkt het met nationaal-socialistische wetgeving. Hij wijst op het ontbreken van voorafgaande rechterlijke toetsing en de ruime beleidsvrijheid voor burgemeesters. Pols verwijst naar vergelijkbare, maar rechterlijk getoetste, maatregelen in Duitsland en Engeland.

3. FVD-Kamerlid Gideon van Meijeren noemt het wetsvoorstel "bijzonder zorgwekkend" omdat het ook niet-strafbare uitingen omvat. Hij ziet een risico op willekeur en censuur en vergelijkt het met een autoritaire strategie.

4. Privacy-activist Wesley Feijth wijst op de samenwerking tussen overheden en big tech, de vage definitie van ‘ordeverstorende content’, het risico op zelfcensuur en een mogelijk sociaal kredietsysteem. Hij wijst ook op technologische risico's zoals het verdwijnen van anonimiteit.

5. Organisaties als Amnesty International en Bits of Freedom, en beleidsadviseur Lotte Houwing van Bits of Freedom, uiten bezorgdheid over de impact op de vrijheid van meningsuiting. Houwing bekritiseert de lage juridische lat, het risico op rechtsongelijkheid en benadrukt dat de burgemeester reeds beschikbare instrumenten heeft, zoals het strafrecht.

6. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is terughoudend en waarschuwt voor willekeur en een gebrek aan landelijke kaders.

7. In Duitsland monitort een speciale eenheid sociale media op opruiende of beledigende inhoud, resulterend in boetes voor burgers. Ook in het Verenigd Koninkrijk is de drempel voor strafrechtelijke vervolging voor digitale uitingen laag.