1. De Nederlandse industrie kampt met stagnatie in 2025, voor het derde jaar op rij. Dit wordt belemmerd door geopolitieke spanningen, handelsonzekerheid en hoge energieprijzen, met name voor de exportgerichte sector.

2. De Verenigde Staten zijn de grootste exportmarkt voor Europese producten (20% van de totale export buiten de EU), waarbij Nederland 7% van deze export voor zijn rekening neemt. Onzekerheid rondom Amerikaanse importheffingen en het ontbreken van een handelsakkoord met de VS beïnvloedt het consumenten- en producentenvertrouwen negatief en de groei van de wereldhandel. Dit heeft negatieve gevolgen voor Nederlandse producenten en consumenten, met name voor de goederenvraag vanuit de VS.

3. Onderhandelingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten zijn cruciaal voor economische stabiliteit en een verbetering van de situatie voor de Nederlandse industrie.

4. Een verwachte groei van de Nederlandse industrie wordt voorspeld voor 2026, afhankelijk van afnemende internationale spanningen en het succes van onderhandelingen met betrekking tot een handelsakkoord met de Verenigde Staten.

5. De koopkracht van consumenten zal in 2025 herstellen en in 2026 verder toenemen.

6. Toenemende defensie-uitgaven bieden perspectief voor de Nederlandse industrie. NAVO-lidstaten zijn overeengekomen om jaarlijks 3,5% van het bbp aan defensie en 1,5% aan defensie-gerelateerde uitgaven te besteden. Het plan van de Europese Commissie om €800 miljard extra te investeren in defensie-uitgaven zal de industriële groei stimuleren. De omzet van de Nederlandse defensie-industrie bedroeg in 2024 €9,3 miljard (1,9% van de totale industrie-omzet). Defensiebedrijven zullen naar verwachting een aanzienlijke impuls geven aan de industriële groei. Duitse overheidsinvesteringen en een stijgende vraag naar chipmachines bieden eveneens perspectief.