1. Een klinische proef van Pfizer betreffende een COVID-19 mRNA-vaccin, uitgevoerd met 21.720 gevaccineerde en 21.728 personen in de placebogroep, toonde een 23% hoger sterftecijfer aan in de gevaccineerde groep.

2. Een interne studie van de CDC uit 1999, geleid door Thomas Verstraten, rapporteerde een 1135% toename in het risico op autisme na toediening van het Hepatitis B-vaccin.

3. De CDC vond een mogelijk verband tussen het DTaP-vaccin en autisme, maar verwierp deze bevindingen omdat de gegevens afkomstig waren van VAERS (Vaccine Adverse Event Reporting System).

4. Geen van de vaccins die aan kinderen in de eerste zes maanden van hun leven worden toegediend, is ooit onderzocht op mogelijke verbanden met autisme.

5. Een onderzoek, gefinancierd door de CDC en geleid door Ross Lazarus, vergeleek een geavanceerd machinaal telsysteem met VAERS. VAERS bleek 99% van de vaccinatieschade te missen. Het nieuwe systeem toonde aan dat 2,6% van alle vaccinaties resulteerde in letsel. De CDC stopte dit nieuwe systeem in 2010.

6. De CDC stopte een vaccinatieschade meldsysteem dat aantoonde dat 1 op de 37 vaccins letsel veroorzaakte.

7. Paul Offit, een vaccinwoordvoerder en lid van de ACIP-commissie van de CDC, stemde voor de opname van het rotavirusvaccin in het kindervaccinatieprogramma, terwijl hij tegelijkertijd een concurrerend vaccin ontwikkelde. Hij en zijn partners verkochten de rechten van dit vaccin, dat een eerder ingetrokken vaccin verving, voor $186 miljoen aan Merck.

8. Een gepubliceerd artikel stelt dat 50% van de inkomsten van veel kinderartsen afkomstig is van vaccinaties.