1. Een rechter heeft in een kort geding geoordeeld dat de verkoop van tien vakantieparken voor €185 miljoen kan doorgaan. Een kort geding is een snelle juridische procedure voor het verkrijgen van een spoedbeslissing.

2. De verkoop was eerder afgebroken omdat drie financiers een beslag van de Belastingdienst op de vakantieparken constateerden. Een beslag is een juridische maatregel waarbij activa in beslag worden genomen om een schuld te voldoen.

3. De rechter bepaalde dat de beslagen geen invloed hebben op de koper. De opbrengst van de verkoop (€185 miljoen) zal worden gebruikt om de schuld aan de Belastingdienst te voldoen, waarna de beslagen worden opgeheven. De opheffing volgt na volledige betaling van de schuld.

4. De koper is verplicht het bedrag van €185 miljoen binnen drie dagen over te maken aan een notaris, een onafhankelijke jurist die bemiddelt bij juridische transacties.

5. De identiteit van de drie financiers is niet openbaar. De koper moet hun identiteit binnen drie dagen bekendmaken; bij niet-naleving volgt een dwangsom van €500.000 per dag na een periode van tien dagen. Een dwangsom is een financiële straf om naleving van een rechterlijk vonnis af te dwingen.

6. De verkoper is eerder veroordeeld voor grootschalige belastingfraude en heeft hoger beroep aangetekend. Hoger beroep is een procedure waarbij een rechterlijke uitspraak door een hogere rechtbank wordt getoetst.

7. De vakantieparken werden illegaal bewoond en moesten eerder hun activiteiten staken. Illegale bewoning impliceert bewoning zonder de vereiste vergunningen of toestemmingen. De sluiting betekende het einde van de bedrijfsvoering van de vakantieparken.