1. Een Canadese politicus werd tot premier gekozen na een ambtstermijn van drie maanden. De gemiddelde benoemingsduur van premiers is langer.

2. De nieuwe premier heeft een achtergrond in economie en werkte voorheen in de bancaire sector. Een dergelijke achtergrond is ongebruikelijk voor een premier.

3. De premier won de verkiezingen ondanks voorafgaande lage peilingen voor zijn partij. Een dergelijke ommekeer in publieke opinie is zeldzaam. Peilingen zijn indicatoren, maar geen garantie voor verkiezingsresultaten.

4. De premier heeft aangekondigd zich te verzetten tegen de Amerikaanse president en de economie te verbeteren. De concrete plannen en de aard van de economische problemen zijn niet gespecificeerd. De relatie tussen Canada en de VS is complex en economisch significant voor Canada.

5. Canada ondervindt de gevolgen van een handelsoorlog met de Verenigde Staten. Handelsoorlogen hebben over het algemeen negatieve economische gevolgen voor de betrokken landen.

6. De vorige Canadese premier trad na tien jaar af. Een ambtstermijn van tien jaar is relatief lang voor een premier.

7. Het Canadese parlement was niet in zitting sinds voor Kerstmis. De onderbreking van parlementaire werkzaamheden is ongebruikelijk en vereist verdere analyse.

8. De verkiezing van de nieuwe premier volgde op een parlementaire pauze. Deze combinatie van gebeurtenissen is ongewoon.